Inventarisatie van Romeinse muntvondsten in Noord- en Zuid-Holland ; Nederlandse Archeologische Rapporten 12 ; NAR 12
De inventarisatie van Romeinse muntvondsten in Noord- en Zuid-Holland wordt gepresenteerd in de vorm van een catalogue raissoné. Dat wil zeggen een werkstuk dat ingedeeld is in twee delen. Het eerste deel bestaat uit een inventarisatie van vraagstellingen en het formuleren van discussiepunten over de betekenis van de munten in ons land. Zij spelen namelijk een rol in de geldeconomie ofwel in de samenleving in het algemeen, zowel binnen als buiten de Romeinse limes. Het geïnventariseerde gebied geeft daar, deels gelegen binnen het Romeinse rijk en deels daar buiten, aanleiding toe. De catalogus... Mehr ...
Verfasser: | |
---|---|
Dokumenttyp: | Text |
Erscheinungsdatum: | 1990 |
Verlag/Hrsg.: |
Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
|
Schlagwörter: | Archaeology |
Sprache: | Niederländisch |
Permalink: | https://search.fid-benelux.de/Record/base-29564386 |
Datenquelle: | BASE; Originalkatalog |
Powered By: | BASE |
Link(s) : | http://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-5w-mkcj |
De inventarisatie van Romeinse muntvondsten in Noord- en Zuid-Holland wordt gepresenteerd in de vorm van een catalogue raissoné. Dat wil zeggen een werkstuk dat ingedeeld is in twee delen. Het eerste deel bestaat uit een inventarisatie van vraagstellingen en het formuleren van discussiepunten over de betekenis van de munten in ons land. Zij spelen namelijk een rol in de geldeconomie ofwel in de samenleving in het algemeen, zowel binnen als buiten de Romeinse limes. Het geïnventariseerde gebied geeft daar, deels gelegen binnen het Romeinse rijk en deels daar buiten, aanleiding toe. De catalogus van de muntvondsten vormt het tweede deel. Zij is bijgehouden tot 1980 en opgesteld aan de hand van museumcollecties, particuliere verzamelingen, literatuurvermeldingen en documentatie aanwezig in het Koninklijk Munt- en Penningkabinet te Leiden. De inventarisatie van Romein se muntvondsten in de provincies Noord- en Zuid-Holland staan niet op zichzelf. Zij maken deel uit van een reeks inventarisaties, die per provincie zijn opgesteld. In 1960 werden als eerste de Romeinse muntvondsten uit de drie noordelijke provincies gepubliceerd (Van Es 1960). Daarop volgde de publicatie van de Romeinse muntvondsten in Noord-Brabant (Boersma 1963, 1-75). Als laatste verscheen de inventarisatie van Zeeland (Boersma 1967, 65-97). Om de betekenis van de muntvondsten te kunnen begrijpen en interpreteren is het nodig enige algemeen sociaaleconomische thema's te schetsen. Allereerst hoeft het verschijnen van geld op zich geen begin van een geldeconomie ofwel een markteconomie te betekenen. De maatschappelijke omstandigheden waarbinnen munten circuleren maakt de functie van het geld uit. Het is dus zaak die aspecten van de samenleving te formuleren, welke die maatschappelijke omstandigheden bepalen. Aangezien de muntvondst en een periode van ruim vier eeuwen beslaan, dient vooral met de chronologie van deze gegevens rekening gehouden te worden.