De aanval op de prulpoëten: de rol van de tijdschriften in het Nederlandse poëziedebat tussen 1825-1840
In het begin van de negentiende eeuw zijn de literaire tijdschriften in Nederland wel in dialoog met elkaar, maar debatten zijn er weinig. Aan de dichtkunst wordt in het algemeen een utilitaire functie toegekend, waardoor de huiselijke poëzie hoog gewaardeerd wordt. Na 1825 ontstaat er geleidelijk een andere poëzieopvatting, die verdedigd wordt in een aantal kritische tijdschriften. Deze zijn aan elkaar verbonden door dezelfde uitgevers, motto's, medewerkers en uitgeefplaatsen, maar vooral door hun stellingname tegen de huiselijke poëzie en vóór Bilderdijk. De schendblaadjes hebben het succes... Mehr ...
| Verfasser: | |
|---|---|
| Dokumenttyp: | Artikel |
| Erscheinungsdatum: | 1997 |
| Schlagwörter: | Nederlandse taal en cultuur / Geschiedenis / nineteenth century / 'De Gids' / nationalism / poetry |
| Sprache: | Niederländisch |
| Permalink: | https://search.fid-benelux.de/Record/base-29553660 |
| Datenquelle: | BASE; Originalkatalog |
| Powered By: | BASE |
| Link(s) : | https://dspace.library.uu.nl/handle/1874/277287 |
In het begin van de negentiende eeuw zijn de literaire tijdschriften in Nederland wel in dialoog met elkaar, maar debatten zijn er weinig. Aan de dichtkunst wordt in het algemeen een utilitaire functie toegekend, waardoor de huiselijke poëzie hoog gewaardeerd wordt. Na 1825 ontstaat er geleidelijk een andere poëzieopvatting, die verdedigd wordt in een aantal kritische tijdschriften. Deze zijn aan elkaar verbonden door dezelfde uitgevers, motto's, medewerkers en uitgeefplaatsen, maar vooral door hun stellingname tegen de huiselijke poëzie en vóór Bilderdijk. De schendblaadjes hebben het succes van De Gids (1837) mogelijk gemaakt.