Op de woningbouwlocatie Bronsgeest in de gemeente Noordwijk, provincie Zuid-Holland is door de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek (ROB) een noodopgraving uitgevoerd naar prehistorisch nederzettingssporen. De sporen werden ontdekt tijdens een verkennend booronderzoek door Archeologisch Adviesbureau RAAP. De aanleg van een ontsluitingweg ten behoeve van de nieuwe woonwijk maakte een aanvullend archeologisch onderzoek noodzakelijk. Omdat de sporen aanvankelijk uiterst lastig te interpreteren waren en de stratigrafie complexer bleek te zijn dan op basis van de boringen kon worden vermoed, is het verkennende onderzoek tenslotte uitgebouwd tot een beperkte vlakopgraving. Het onderzoek vond plaats van 11 februari tot en met 23 mei 1997 en werd gefinancierd door de gemeente Noordwijk. In het onderzochte oppervlak van ca. 5000 m2 bleken de sporen aanwezig van een complete huisplattegrond, een onbeschoeide waterkuil, enkele palenclusters en akkerpercelen uit de Vroege Bronstijd (3500 BP; ca. 1850 v.Chr.). De huisplattegrond is tweeschepig en heeft een breedte van 6 m. De lange zijden zijn licht gebogen, de korte zijden afgerond. De lengte bedraagt ca. 15 m. Het huis is eenmaal in de lengterichting verplaatst. De tweeschepige bouwtraditie sluit aan bij die van gebouwen in het kustgebied uit het Neolithicum en staat in groot contrast met de meer uniforme, drieschepige huizenbouw vanaf de Midden-Bronstijd. Het met de plattegrond geassocieerde aardewerk is dikwandig en deels versierd met nagel-, touw- en wikkeldraadindrukken. Naast aardewerk zijn de vondstcategorieën steen, vuursteen, bot en verkoolde zaden en vruchten aanwezig. Uitzonderlijk in de Vroege Bronstijd is het voorkomen van broodtarwe (Triticum aestivum).