In een doctoraatsstudie aan de TU Delft onderzocht Sven Vlassenroot de acceptatie voor ISA en welke factoren die acceptatie beïnvloeden. Hij voerde daarvoor een online enquête uit bij 7528 bestuurders in België en Nederland. ISA blijkt voor veel bestuurders potentieel aanvaardbaar. Uit de perceptie over snelheidsgedrag en het snelheidsprobleem kan men vaststellen dat de respondenten het huidig beleid van snelheidslimieten goed vinden, maar toch nog moeite hebben om zich aan de snelheid te houden in lagere snelheidszones. Tevens zijn ze van mening dat vooral hun eigen rijgedrag invloed heeft op ongevallen eerder dan contextuele factoren. Dit opent perspectieven voor gedragsondersteunende intelligente systemen. Dit blijkt ook uit de antwoorden over het potentieel gebruik van verschillende systemen: haast I op 2 bestuurders is te vinden voor het gebruik van een gedragsondersteunend systeem. Dat limiterende ISA een grotere voorkeur kreeg dan ondersteunende ISA. is opmerkelijk aangezien in de meeste ISA-trials, ondersteunende ISA de voorkeur kreeg. De verklaring hiervoor kan zijn dat respondenten het moeilijk hebben om de werking van ondersteunende ISA in te schatten. Dit onderzoek toont aan dat ISA potentieel aanvaardbaar is voor bestuurders en dus zeker een veelbelovende weg is om te bewandelen indien men de verkeersveiligheid wil verhogen. Deze studie toont ook aan dat het verder investeren in ISA technologie zoals betere kaarten, betere systemen enz. daarbij de moeite waard zijn. ISA blijkt ook één van de systemen te zijn die het best bijdragen aan het verhogen van de veiligheid. Deze studie toont aan dat de aanvaardbaarheid voor ISA zeer groot is maar dat een gericht beleid, afhankelijk van het type systeem, noodzakelijk is. Een vaak aangehaalde reden om ISA niet verder te implementeren is dat beleidsmakers stellen dat 'het publiek' dit niet wil. Deze studie toont aan dat de aanvaardbaarheid voor ISA zeer groot is maar dat een gericht beleid, afhankelijk van het type systeem, noodzakelijk is. Hierbij kan men ...