Kaart van de provincie Utrecht

Deze fraaie en gedetailleerde kaart van Utrecht is vervaardigd onder toezicht van Jan Hendrik Kips. Kips was bij leven geadmitteerd landmeter en - zoals de titel aangeeft - enige tijd in dienst bij het kadaster. In het Koninkrijk der Nederlanden werd in 1816 begonnen met de kadastrale kartering, naar Frans model. Dat behelsde een systematische opname, weergave en administratie van het grondeigendom, aanvankelijk vooral ten behoeve van het innen van grondbelasting, maar later ook ten behoeve van het vergroten van de rechtszekerheid inzake de eigendomsrechten op de grond. De kartering had gemeen... Mehr ...

Verfasser: Kips, Jan Hendrik
Nunnink, A.A.
Huart, Johannes Marinus
Dokumenttyp: Karte
Erscheinungsdatum: 1850
Schlagwörter: Aardwetenschappen / Sociale Geografie en Planologie / Kaarten van Nederland
Sprache: unknown
Permalink: https://search.fid-benelux.de/Record/base-27156217
Datenquelle: BASE; Originalkatalog
Powered By: BASE
Link(s) : https://dspace.library.uu.nl/handle/1874/20555

Deze fraaie en gedetailleerde kaart van Utrecht is vervaardigd onder toezicht van Jan Hendrik Kips. Kips was bij leven geadmitteerd landmeter en - zoals de titel aangeeft - enige tijd in dienst bij het kadaster. In het Koninkrijk der Nederlanden werd in 1816 begonnen met de kadastrale kartering, naar Frans model. Dat behelsde een systematische opname, weergave en administratie van het grondeigendom, aanvankelijk vooral ten behoeve van het innen van grondbelasting, maar later ook ten behoeve van het vergroten van de rechtszekerheid inzake de eigendomsrechten op de grond. De kartering had gemeentegewijs plaats; elke gemeente werd opgedeeld in een aantal secties die afhankelijk van de aard van het gebied op een schaal 1:1.250, 2.500 of 5.000 werden gekarteerd. De schatting der oppervlakten en administratieve verwerking ervan in leggers was in 1831 gereed; voor Limburg, dat als deel van het Duitse Rijk een speciale administratieve positie had, pas in 1843. Door deze karteringsarbeid beschikte men over een perceelsgewijs overzicht van de bewoning, grondgebruik en perceelsindeling van Nederland in die periode; bovendien van alle wijzigingen die sedertdien in het grondeigendom zijn opgetreden. Voor de kaart van de provincie heeft Kips dankbaar van zijn goede toegang tot kadastrale informatie gebruikgemaakt. Buiten de bebouwde kom zijn in ieder geval elk huis en elke opstal afzonderlijk weergegeven. De meetkundige grondslag voor de kaart ontleende hij mogelijk aan de overzichtskaart van Krayenhoff, die in 1823 na de allereerste landsdekkende kartering voltooid werd. De schaal van deze kaart, 1:115.200, liet echter te weinig topografische details toe. Daarom was Kips genoodzaakt om kadastrale gegevens in zijn kaart te verwerken en te generaliseren. Hoewel er in de jaren twintig van de 19de eeuw plannen waren om een nationale basiskaart 1:10.000 samen te stellen (waarvan een gedrukte kaart 1:50.000 moest worden afgeleid), kwam dit initiatief niet van de grond. Kadasterambtenaren als Kips verloren de nationale kaart echter ...