De GGD Zuidoost-Drenthe lanceerde in 1991 de voorlichtingscampagne 'HARTstikke Goed'. Doel van de campagne was het bevorderen van een gezonde leefstijl bij de bevolking. Het preventieproject, dat acht jaar duurde, sloeg goed aan bij de overheden, professionals en inwoners van Zuidoost-Drenthe. Volgens promovendus Martin de Vries is deze succesvolle campagnemethode ook landelijk toe te passen. Wel moet het meten van de effecten in de toekomst anders aangepakt worden. De Vries zelf keek vooral naar moeilijk meetbare veranderingen in kennis, houding en gedrag bij de bevolking. Daaruit zou blijken dat de campagne alleen in de eerste jaren enig effect sorteerde. Voor een goede evaluatie zijn volgens hem concretere maten nodig, zoals de verkoopcijfers van sigaretten en andere ongezonde producten in de regio. In Zuidoost-Drenthe overlijden meer mensen aan hart- en vaatziekten dan gemiddeld in Nederland. Ook blijken de inwoners minder gezond te leven. De voorlichtingscampagne was daarom gericht op voeding, beweging, roken en stress. Het project was ook bedoeld om ervaring op te doen met zogeheten 'community-based' voorlichting. Bij deze relatief nieuwe vorm van gezondheidsvoorlichting wordt nauw samengewerkt met de bevolking en met zoveel mogelijk maatschappelijke sectoren, zoals bedrijfsleven, gemeente, school en huisarts. De campagne bestaat uit een mix van verschillende activiteiten, voor verschillende doelgroepen en met verschillende doelen. De Vries constateert dat deze voorlichtingsvorm veel draagvlak kreeg bij inwoners, gemeenten en andere lokale organisaties.