Archeologisch bureauonderzoek: Net op zee Hollandse Kust zuid, Deel: onshore tracés

Dit archeologisch bureauonderzoek is uitgevoerd in het kader van de planprocedure voor de onshore tracés Wateringen en Maasvlakte. Aan de hand van de archeologische verwachting en de geplande (graaf)werkzaamheden zal advies worden gegeven ten aanzien van de noodzaak en vorm van archeologisch vervolgonderzoek. De exacte omvang van de geplande graafwerkzaamheden is nog niet bekend. De hoogspanningskabel zal deels via open ontgravingen worden aangelegd en deel via gestuurde boringen. Daarnaast zal op de locatie waar een transformatorstation wordt gerealiseerd een groot oppervlak worden ontgraven... Mehr ...

Verfasser: Koeman, drs. S.M. (Archeodienst BV)
Dokumenttyp: Text
Erscheinungsdatum: 2016
Verlag/Hrsg.: Archeodienst BV
Schlagwörter: Archaeology / Archeologisch bureauonderzoek
Sprache: Niederländisch
Permalink: https://search.fid-benelux.de/Record/base-27098108
Datenquelle: BASE; Originalkatalog
Powered By: BASE
Link(s) : http://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-691a-o7

Dit archeologisch bureauonderzoek is uitgevoerd in het kader van de planprocedure voor de onshore tracés Wateringen en Maasvlakte. Aan de hand van de archeologische verwachting en de geplande (graaf)werkzaamheden zal advies worden gegeven ten aanzien van de noodzaak en vorm van archeologisch vervolgonderzoek. De exacte omvang van de geplande graafwerkzaamheden is nog niet bekend. De hoogspanningskabel zal deels via open ontgravingen worden aangelegd en deel via gestuurde boringen. Daarnaast zal op de locatie waar een transformatorstation wordt gerealiseerd een groot oppervlak worden ontgraven voor de funderingen. Op de verwachtingskaarten zijn ter indicatie de zones aangegeven waar een open ontgraving is gepland. De ligging van de uiteindelijke open ontgravingen kan hiervan afwijken. De archeologische resten ter plaatse van het tracé Maasvlakte worden pas op zeer grote diepte verwacht waardoor de voorgenomen aanleg van het kabeltracé waarschijnlijk geen bedreiging vormt voor het archeologische bodemarchief. Op twee locaties kunnen archeologische resten aanwezig zijn vanaf 17 m –NAP en in het zuidelijke deel vanaf 25 m –NAP. De aanleg van het kabeltracé door middel van een open ontgraving vormt door de grote diepteligging van het potentiële archeologische niveau geen bedreiging voor de eventueel aanwezige archeologische resten. Bij de gestuurde boringen moet rekening worden gehouden met het potentiële archeologische niveau zodat hij erboven of eronder komt te liggen. De provinciaal archeoloog (dhr. R. Proos) geeft aan dat de Maasvlakte-variant vanuit archeologisch oogpunt dan ook de voorkeur heeft. Bij deze variant worden vrijwel geen bekende of verwachte archeologische waarden aangesneden. Als er al archeologie aangetroffen zou kunnen worden dan ligt dat op een diepte van 20 meter of dieper. Wanneer tracé Wateringen gerealiseerd gaat worden, zal nader archeologisch onderzoek moeten worden uitgevoerd. Gezien de vele bekende archeologische vindplaatsen ter plaatse van dit tracé zal rekening moeten worden gehouden ...