Hollandscheveld, Langedijk (Gemeente Hoogeveen, Dr) Een Inventariserend Archeologisch Veldonderzoek ; Steekproefrapport 2012-10/04Z

In verband met de geplande aanleg van een bedrijventerrein is een inventariserend archeologisch veldonderzoek uitgevoerd aan de Langedijk te Hollandscheveld, gemeente Hoogeveen, provincie Drenthe. Voor de aanleg zijn bodemingrepen nodig die eventueel aanwezige archeologische resten kunnen aantasten. Het doel van het onderzoek is om vast te stellen wat de kans is op de aanwezigheid van archeologische waarden. Het onderzoek bestaat uit een bureau- en een veldonderzoek. Bij het bureauonderzoek zijn bronnen geraadpleegd op het gebied van fysische geografie, archeologie en historische geografie. Bi... Mehr ...

Verfasser: Bongers, drs. J.M.G. (De Steekproef)
Jelsma, dr. J. (De Steekproef)
Dokumenttyp: Text
Erscheinungsdatum: 2012
Verlag/Hrsg.: De Steekproef bv
Schlagwörter: Archaeology / Archeologisch: bureauonderzoek / Archeologisch: booronderzoek
Sprache: Niederländisch
Permalink: https://search.fid-benelux.de/Record/base-27098045
Datenquelle: BASE; Originalkatalog
Powered By: BASE
Link(s) : http://nbn-resolving.org/urn:nbn:nl:ui:13-hvac-uu

In verband met de geplande aanleg van een bedrijventerrein is een inventariserend archeologisch veldonderzoek uitgevoerd aan de Langedijk te Hollandscheveld, gemeente Hoogeveen, provincie Drenthe. Voor de aanleg zijn bodemingrepen nodig die eventueel aanwezige archeologische resten kunnen aantasten. Het doel van het onderzoek is om vast te stellen wat de kans is op de aanwezigheid van archeologische waarden. Het onderzoek bestaat uit een bureau- en een veldonderzoek. Bij het bureauonderzoek zijn bronnen geraadpleegd op het gebied van fysische geografie, archeologie en historische geografie. Bij het veldonderzoek is van het 80 hectare grote plangebied 60 hectare onderzocht. Hierop zijn 270 verkennende boringen verricht. Op een deel hiervan van 17 hectare is een veldkartering uitgevoerd. De resterende 20 hectare zijn nog niet onderzocht, omdat deze delen niet in bezit waren van de opdrachtgever. Uit het bureauonderzoek blijkt dat het plangebied tijdens het neolithicum veranderde in een veenmoeras. In het zuidelijke deel ligt een pingoruïne waarvan bij eerder onderzoek is vastgesteld dat de veenkern gaaf is. Uit het veldonderzoek blijkt dat de droogste delen van het gebied de ringwal en enkele zandkoppen zijn geweest. Noordelijk van de pingoruïne zijn negen stuks bewerkt vuursteen gevonden die wijzen op menselijke bewoning tijdens het mesolithicum. Echter de ringwal en drie van de vier aangetroffen dekzandkoppen zijn door egalisatie verloren gegaan. Daardoor zullen eventuele archeologische grondsporen ter plaatse sterk zijn aangetast. In het centrale deel ligt een keileemplateau met stukken met een redelijk intacte bodem. Op drie delen wordt geadviseerd om een proefsleufonderzoek te houden in verband met een combinatie van vondsten van verbrand vuursteen, een redelijk gave bodem en een lichte verhoging in het landschap. Op de nog niet onderzochte 20 hectare dient alsnog een verkennend booronderzoek plaats te vinden. Er wordt geadviseerd om ter plaatse van de pingoruiïne geen bodemingrepen te ondernemen, maar het ...