Nieuwe etappe-kaart van het Koningrijk der Nederlanden

Voor het eerst werd op deze kaart voor het gehele land de verharding van de wegen als informatie gebracht, zij het dat dat heel moeilijk op de kaart te onderscheiden is. Er wordt met de lijnsignaturen namelijk verschil gemaakt tussen twaalf wegencategorieën: ‘Groote wegen met vaart en tol’, ‘Bestraatte binnenwegen’, ‘Kunstmatige zand- of grindwegen’, ‘Schulpwegen’, ‘Puinwegen’, ‘Mac-Adamwegen’, ‘IJzeren spoorwegen’, ‘Natuurlijke zand- en aardwegen’ en ‘Kleiwegen’ (een macadam-weg, genoemd naar de uitvinder Mac Adam, heeft een verharding die bestaat uit fijn graniet of basalt). De ondergrond wo... Mehr ...

Dokumenttyp: Karte
Erscheinungsdatum: 1848
Verlag/Hrsg.: Doorman
Erven
Schlagwörter: Sociale Geografie en Planologie / Aardwetenschappen
Sprache: unknown
Permalink: https://search.fid-benelux.de/Record/base-26767158
Datenquelle: BASE; Originalkatalog
Powered By: BASE
Link(s) : https://dspace.library.uu.nl/handle/1874/13256

Voor het eerst werd op deze kaart voor het gehele land de verharding van de wegen als informatie gebracht, zij het dat dat heel moeilijk op de kaart te onderscheiden is. Er wordt met de lijnsignaturen namelijk verschil gemaakt tussen twaalf wegencategorieën: ‘Groote wegen met vaart en tol’, ‘Bestraatte binnenwegen’, ‘Kunstmatige zand- of grindwegen’, ‘Schulpwegen’, ‘Puinwegen’, ‘Mac-Adamwegen’, ‘IJzeren spoorwegen’, ‘Natuurlijke zand- en aardwegen’ en ‘Kleiwegen’ (een macadam-weg, genoemd naar de uitvinder Mac Adam, heeft een verharding die bestaat uit fijn graniet of basalt). De ondergrond wordt gevormd door een verkleining van de topografische kaart van Krayenhoff, op de schaal 1:115.200 (1824), die qua classificatie nog niet verder kwam dan het onderscheid: ‘steenweg’/’groote weg’/‘[overige] wegen’. Topografische opnames gingen in die periode vergezeld van statistische opnames, omdat dat voor de ravitaillering, inkwartiering en te requireren transportmiddelen van de troepen te velde van belang was. Daarom staat op deze kaart ook aangegeven boven de plaatsnamen tussen haken de inwonertallen der gemeenten en eronder van de genoemde kernen zelf. Omdat in Nederland in die periode troepenbewegingen zeker vaak sneller over water konden plaatsvinden is ook de voor het watervervoer benodigde infrastructuur met ponten en schipbruggen aangegeven. Deze kaart is niet compleet, omdat de verbindingen tussen de hoofd-etappeplaatsen niet met een rode bies extra zijn aangeduid; deze kaart hoorde bij een beschrijving van de afstanden tussen deze etappeplaatsen en de verwachte tijdsduur om die afstanden door voetvolk of cavalerie af te laten leggen, ‘Itineraire voor marcherende troepen in het Koningrijk der Nederlanden’ (1849). In dat ‘Itineraire’ staan alle denkbare marsen vermeld met de verwachte tijdsduur en de toestand der wegen.